dinsdag 29 maart 2011

Uit de oude doos




Toen ik 13/14 was, was ik een niet te stoppen poëzie-productiedoos. Gedichten, goed en slecht (maar overwegend de laatste) schudde ik dagelijks uit mijn mouw. Het ging me dan niet eens om het niveau, maar het feit dat wat uit mijn woordenballon in m'n hoofd had gelaten en dat wat minder vol zat.
Ik heb er al heel lang niet naar gekeken. De meeste gaan over liefdesverdriet of hoe ik over mezelf dacht, en zijn dus voornamelijk depressief van aard. Ik klikte er random eentje aan, en toen vond ik deze. Ik vind hem niet geweldig, maar ik denk dat het wel iets is waar iedereen zich aan kan relateren. Dus, speciaal voor vandaag, met nog maar 5 dagen te gaan tot ik 17 ben, mag ik wel wat nostalgische gedachten hebben. En dus een gedicht van circa 3 jaar oud. Close enough.


Je nam me mee naar plaatsen
Naar je leven, naar je huis
Je zei dat het er koud was
Maar ik voelde me toch thuis

Ik voelde dat je weggleed
Dat je naar iets anders moest
Je zei dat het nu slecht was
Maar het voelde nog zo goed

Je zei dat er niks mis is
Maar binnen in je was het slecht
Je zei dat je niet nep was
Maar het voelde toch niet echt

Je vond dat ik een ander was
En ik deed mezelf op slot
Je dacht dat ik nog heel was
Maar ik was allang kapot

Je zei dat je niet wegging
En mij dus niet achterliet
Je zei dat je zou blijven
Waarom voel ik je dan niet?

En nu ik je weer tegenkom
Wie weet, de laatste keer
Wil ik je nog wat zeggen
Maar ik voel allang niks meer

zondag 27 maart 2011

Lief, o zo relatief


Ooh, Blair en Chuck. Zij waren niet de aanleiding voor deze post, maar toen ik deze foto tegenkwam vond ik wel dat ze erin moesten.
Geef toe: zij zijn de reden dat je naar Gossip Girl kijkt (als je dat doet natuurlijk). Who gives a shit om soort van perfecte Serena, miserable Dan, wasbeer-Jenny of mooiboy Nate? 
Nate zou ook Europa rond kunnen reizen om de favoriete dingen van zijn vriendinnetje te kopen, en Dan zou er ook voor kunnen zorgen dat zijn geliefde een perfecte prom heeft. Maar bij Chuck, die er maar liefst 2 seizoenen min 4 minuten over doet om überhaupt te zeggen dat hij van iemand houdt, is het pas echt lief.
En zo is het maar net. Als een verlegen iemand die nooit wat zegt al z'n moed bijeenschraapt om te zeggen dat hij je best wel misschien een leuk meisje vindt, is dat LIEF. Iemand die superpopulair is, altijd wel ergens wat op te zeggen heeft en die Shakespeare kan quoteren is behalve heel slim, een beetje melancholisch en goed in Engels gewoon minder lief. Het hééft gewoon minder.
Ik snap dat verwende nesten met 16 chihuahua's, 3 scooters en een eigen privé-jet papa heel lief vinden, maar als ik een papa zie met twee kleine meisjes die 4 uur lang in het park zit te spelen en meedoet met de Barbies, nou, dan kan je me helemaal wegdragen. Ik ben dan helemaal vervuld met het soort gevoel dat je krijgt als je naar iets liefs kijkt, hoe noem je dat? Medelieven? Laat ik het zo maar noemen, ik ben in de mood voor woorden verzinnen.
Het is hetzelfde gevoel dat je krijgt als je twee hele oude mensen hand in hand een ijsje ziet eten. Het is geen diner bij kaarslicht onder de sterren, maar het is gewoon zo liéf. Als ik op een zonnige dag in de stad loop, loop ik over met medelieven.
Ik doe zo mijn best om iedereen een beetje liefde te geven. Iedereen is op zijn/haar manier lief, en er zijn ook maar een paar mensen die ik niet in mijn grote liefdesbubbel hoef te hebben, voor de rest doe ik echt mijn best om iedereen te laten zien hoe leuk/mooi/liéf hij/zij is. Ook mezelf, dat is misschien nog wel het moeilijkste.. haha.
Tegenwoordig moet alles maar zo groot, snel, veel, terwijl zoveel dingen juist klein, langzaam en niet overal in het rond geslingerd moeten zijn. Ik word gek van mensen die denken dat een date alleen leuk is als die zich plaatsvindt in een 5-sterren-restaurant. Als een niet-macho jongen vraagt of ik lekker in het park kom zitten omdat de zon zo lekker schijnt en omdat hij zelf broodjes heeft gemaakt (terwijl hij niet weet hoe hij ook maar iets zelf moet klaarmaken en ze waarschijnlijk erg ranzig zijn), en als ik daar dan aankom dat het ontzettend gezellig is ondanks zijn ranzige broodjes en dat hij voorzichtig een paar opmerkingen maakt die hij eigenlijk niet durft te maken omdat ze niet stoer zijn. Dat is lief. Niet eens per sé liefde, gewoon lief.
Dus kijk eens om je heen! Er zijn meer dingen lief die op het eerste gezicht niet zo lijken. 
Lief is relatief. Het is nog waar ook, ook al klinkt het als de titel van een pedagogisch boek dat overspannen moeders een hart onder de riem steekt. 'Het is niet erg als je kind het huis perongeluk in de fik steekt! Lief is relatief!'

donderdag 24 maart 2011

Nobody's gonna slow me down!


Vandaag schijnt de zon, het is lekker warm maar niet bloedheet, morgen heb ik een toets waar ik bijna niks voor hoef voor te bereiden, en ik ga straks lekker in de tuin zitten met iets kouds te drinken. Mijn toetsen gingen best goed vandaag, gister ook, ik heb een goed punt terug, ik heb wat dingen afgehandeld die ik nog moest doen, en ik ga straks lekker in de tuin zitten met iets kouds te drinken. Er zijn genoeg dingen waardoor ik me de afgelopen dagen niet goed heb gevoeld en de komende dagen ook zeker niet goed door ga voelen, maar vandaag niet. Vandaag is een goede dag, en ik ga straks lekker in de tuin zitten met iets kouds te drinken.

maandag 21 maart 2011

Every single one has a story to tell



Over het algemeen kan ik mezelf beter uitdrukken door middel van schrijven dan door praten. Simpelweg door het feit dat je langer over geschreven tekst na kan denken, je kan knippen, plakken, verwijderen, eerst een structuur verzinnen die je later kan uitwerken, aandacht besteden aan kleine details, en als het hele stuk je niet bevalt is het met 1 druk op de knop nergens meer terug te vinden. Ik vind het een stuk leuker om lekker met iemand te praten, daar niet van, maar qua monologen ben ik meer in m'n plaats met letters dan met klanken. Ik zeg nog steeds te vaak dingen zonder erg na te denken over de consuquenties, of gewoon over mijn zinsbouw of woordgebruik waardoor een scheve zin ontstaat die niemand begrijpt (of verkeerd begrijpt, nog erger).
Vaak kan ik mijn gedachten dus wel vertalen naar geschreven woorden, maar de laatste tijd heb ik zovaak momenten dat ik niet weet wat ik moet zeggen, maar dat wel wil. Mijn vocabulaire reikt helaas niet zover (of de hele Nederlandse of Engelse taal), terwijl de losse beeldjes, gevoelens en referenties mijn hele hoofd volstoppen. 
Wat moet je zeggen als je een nieuwe band perfect heb weten te beschrijven door twee andere bands te combineren, als je in de achtertuin zit en er een vogeltje op de leuning van je stoel komt zitten, als je iets voelt door een mooi gedicht maar niet weet wat (dat laatste heb ik opgelost door het gedicht zelf gewoon te posten, zie vorige post), als je precies genoeg hebt gegeten en dus geen honger meer hebt maar ook niet het gevoel hebt dat je vol zit (heeeerlijk), als je zomaar een lief smsje krijgt waar precies in staat wat je op dat moment nodig hebt, als je favoriete band het podium op komt springen bij hun openingsliedje, als je in het gras ligt en alles kriebelt als de netentering maar je ligt zo lekker tegen iemand aan en daarom sta je mooi niet op, als je voelt dat je in slaap gaat vallen, dat licht nostalgische gevoel als je klaar bent met de laatste toetsweek van dat jaar, als een straatmuzikant precies het goeie liedje speelt...


Ooh wacht, is er ook een woord dat verklaart waarom ik elke keer zo zoetsappig te werk ga? Lijk wel Laura de Moraalridder for god's sake.

vrijdag 18 maart 2011

Meesterstuk


't Was op Mantattan waar de scène speelde
Daar woonde een meisje dat werkte in bars
En dat onder de huizen en souterrain deelde
Met twee beeldende kunstenaars

De jongens waren slaaf en slippendrager
Want zij was hun muze en hun esthetiek
Maar helaas, zij werd bleek en haar blik werd steeds vager
Zij werd mager, zij werd doodziek

De schilders keken somber met z'n beiden
Want dokters zijn nuttig, maar zelden goedkoop
En geen enkele arts wist haar kwaal te bestrijden
Allen zeiden: Er is geen hoop

Steeds smaller werden wangen en figuurtje
En soms tussen hoestbui en koortsige droom
Keek zij uit naar de trots van het donkere buurtje
Bij een muurtje, daar stond een boom

De herfst komt, zei zij, met zijn grilligheden
De bladeren vallen in bruin en in rood
En ik voel: valt het allerlaatste blad naar beneden
Vind ik vrede en ga ik dood

Zij kuste haar twee huilende vazallen
En keek of de boom al een takkenbos was
Maar zowaar: 'n klein blaadje, het kleinste van alle
Wou niet vallen - en zij genas

Het knapte niet, haar dunne levensdraadje
Zij bleef door een blad aan het leven gehecht
Zij wist niet: wat haar redde was enkel een plaatje!
Want dat blaadje, dat was niet echt

Het blad was een geschilderde creatie
Gezichtsbedrog voor het behoud van geluk
Haar twee vrienden, ze schiepen een falsificatie
Een toppprestatie, een meesterstuk

                                 - Ivo de Wijs

donderdag 17 maart 2011

Dit is geen gisteren, dit is een nieuwe dag


Ooh, wat is het soms moeilijk om positief te blijven.
Het is veel makkelijker om negatief te zijn. Je kan in elke situatie wel iets slechts vinden, je kan dingen altijd zo buigen dat het nadelig is, je hebt minder spieren nodig om chagerijnig te kijken dan te lachen en je wordt nooit teleurgesteld. Als de situatie inderdaad negatief is heb je gelijk, en als het positief is valt het alleen maar mee.
Okee, als je echt in een uitzichtloze situatie zit kan ik er begrip voor opbrengen, maar de laatste tijd valt het me op dat mensen al zelfmoordneigingen krijgen van de kleinste ongemakken. Een schaafwond lijkt levenslang letsel teweeg te brengen, een ruzie met je ouders zorgt voor jeugdtrauma's en als je een week wat snotteriger bent heb je meteen een chronische ziekte. We zijn met z'n allen zo verpapt geworden dat we bij het kleinste tikje al meteen een blauwe plek zien.
Dat zie/zag ik ook terug bij mezelf hoor, geen zorgen. Dit is geen haatbetoog tegen iedereen behalve mezelf. Ik was de meest negatieve emo-chick van het westelijk halfrond, for christ sake! Op een gegeven moment was het zo erg dat ik helemaal niks positiefs meer zag, volgens mij liep ik ook rond als een halve/hele zombie met een bijl op m'n rug en oorlogslittekens op m'n gezicht. Just kidding, behalve die bijl dan.
Op een gegeven moment moesten mensen me op positieve dingen gaan wijzen (dat deden ze bewust of onbewust) en hoewel dat niet altijd doordrong zag ik op een gegeven moment wel in dat positief naar dingen kijken de enige mogelijkheid was waardoor ik uit mijn zombie/bijlmoordenaars-fase kon komen, hoe zwaar het soms ook was.
En nu sta ik hier. Ik zit mezelf soms helemaal gek te maken en ik stort ook geregeld in, maar ik weet in ieder geval dat het slechter kan. Veel slechter. Ik ben er nog niet, maar ik doe echt ongelofelijk mijn best. Voordat ik op de begane grond belandde was ik eraan gewend dat ik lekker in de lift kon springen, maar toen die het niet meer deed moest ik toch trap leren lopen. Gaat natuurlijk moeilijk als je daar niet geoefend in ben, en ik donder ook regelmatig een verdieping naar beneden maar ik klim langzaam omhoog. Ik kan me niks bedenken waar ik ooit in mijn leven zoveel tijd, moeite en pijn in gestoken heb. 
Het is een motiverende gedachte dat ik met elke verdieping die hoger kom meer sterretjes door het raam kan zien. Soms blijf ik even staan om even uit te rusten en bewonder ik al die mooie leuke dingen naar hartelust.
Ik kom vaak genoeg junks tegen die met diverse vieze naalden (bwuuuuuuuurgh) op een trap liggen weg te rotten. Ik doe dan m'n best om ze even op te pakken (de naalden ontwijkend natuurlijk, smerige dingen die het zijn, ik word er helemaal onpasselijk van) en ze te wijzen op al het mooist dat de hemel ze te bieden heeft. Ze weten natuurlijk dat die er zijn, maar als iemand ze niet aanwijst kunnen die leuke sterretjes erg lang verborgen blijven voor ze.
Ik heb er een gloeiende hekel aan als mensen zeuren om niks, maar als mensen serieus ergens mee zitten zal ik mijn best doen om alle ramen wijd open te zetten en alle sterren één voor één aan te wijzen. Ik ben per slot van rekening zelf ook op de begane grond begonnen (met soms een uitstapje naar de kelder, waar ik écht geen licht meer zag maar alle stinkende ratten me wel een beetje bang maakten en ik maar snel weer terug ging liggen kwijlen op de begane grond). Als toen niemand me een schop onder mijn kont had gegeven om nou eens op die trap te gaan staan lag ik nog steeds weg te kwijnen.
Maargoed, ook al is het traplopen zwaar, ik doe mijn best om te doen alsof het me makkelijk afgaat en ondertussen mensen te motiveren om mee te lopen naar boven. Met steun van anderen gaat het natuurlijk makkelijker, en als je eenmaal op het dak staat en de hele sterrenhemel kan zien, mag je gaan liggen en denken: het is me gelukt.

(Ik word een beetje misselijk van mijn moralistische beeldspraak, ik ga maar snel mijn hersenen afstompen met Teen Mom voordat ik nog de evolutietheorie wil proberen te weerleggen o.i.d.)

maandag 14 maart 2011

Wc-ontdekkingen


Er hangt al zo lang als ik me kan herinneren (ik denk rond de 10-12 jaar) een gedicht bij ons op de wc. Er hangt nog wel meer zooi, dus ik heb alles in de loop der jaren een beetje globaal gelezen, en zo ook het gedicht. Vanmiddag las ik het weer, en ik ben erachter gekomen dat het nu eindelijk betekenis heeft. Het zijn niet meer een stelletje mooie woorden die toevallig op elkaar rijmen, maar het is een boodschap geworden! Dat had ik er op 7-jarige leeftijd toch niet achtergezocht. Gelukkig nu wel, het is zo'n mooi gedicht! Ik zat bijna een potje te janken op de wc. (Wat een zielig beeld haha)

Jij bent het beste wat mij is overkomen
Jij hebt het mooiste uit mij omhooggetild
Door jou heb ik toch nog kunnen reiken aan mijn dromen
Aan wat ik ooit had willen zijn
Aan wat ik altijd heb gewild

Door jou kreeg ik de vrijheid om te kunnen kiezen
Door jou heb ik het hoogste en het diepste opgezocht
Door jou heb ik gewonnen, juist door dingen te verliezen
Door jou heb ik alles 'op de groei' gekocht

En als ik ooit, verslagen of doodgelopen
Zal neigen naar berusting en naar: "Goed, dat was het dan"
Zal ik door jou, ondanks alles, op morgen blijven hopen
En verder zoeken, nieuw verzinnen
Weer proberen en beginnen
Aan een volgend hoofdstuk en een beter plan

Jij bent het beste wat mij is overkomen
Omdat jij in mij geloofde en zei dat ik het kon
En omdat jij zei dat ik het beste was wat jou is overkomen
Heb jij mijn grens verlegd
Voorbij mijn horizon



                     - Paul van Vliet

zondag 13 maart 2011

Heartbreak Warfare



Amerika en Rusland waren schatjes in vergelijking met de oorlog die mijn sponzige hersens en mijn domme hart soms voeren. Ik heb echt een gloeiende hekel aan mensen die zeggen 'doe gewoon wat je het beste lijkt', want dat is niet altijd zo makkelijk! Weten ze zelf ook wel, maar doen alsof je er zelf geen last van hebt is hun manier van zelfbescherming.
Dat de haat-liefde verhouding tussen de twee belangrijkste organen uit ons lichaam geen onopgemerkte strijd is, is een feit. Plato beschreef ons hart als een koets met een geil paard dat het liefst alleen maar seks en eten wou, en een wit paard dat buitengewoon geïnteresseerd was in filosofie, wijsheid en politiek (cool paard toch?). De koetsier, onze hersenen dus, moest het geile paard in bedwang houden en zorgen dat het witte paard de goeie weg koos.
Descartes zei dat er een zeer innig contact was tussen hersenen en hart dat niet goed te verklaren was, en nog zo'n oude filosoof (geen idee meer wie) zei dat deze twee organen zo verschillend waren dat het onmogelijk was dat ze samen konden werken.
Het is wel heel mooi dat al deze oude mannetjes denken te weten hoe die twee werken, maar een oplossing voor de eeuwige oorlog tussen H&H hebben ze niet. Sigmund Freud had het hele verhaal over de Ego, de Ich en de Überich natuurlijk, maar daar komen we ook niet veel verder mee.
Nee, onze twee dierbare organen maken het elkaar niet makkelijk. Het is niet altijd te verklaren waarom iets goed voelt terwijl je weet dat het hartstikke slecht is (verliefd worden op player de la player bijvoorbeeld) of andersom (als je weet dat je niks kan gebeuren ergens maar je toch in je broek schijt van angst).  Want wie geef je gelijk? Het is een eeuwige strijd tussen twee etterbakken die structureel iets anders zeggen dan de ander.
Lief hart en lief brein, willen jullie alsjeblieft vriendjes worden? Mama wordt er een beetje moe van.

zaterdag 12 maart 2011

Omarm me, omaaaaarm me


Waarom houden we zo van knuffelen?
.. Misschien moet ik 'we' even definiëren. Of misschien 'knuffelen'. Er zijn maar weinig mensen die niet van enige vorm van aanraking houden. Denk aan bepaalde autistische mensen, eigenlijk kan ik geen andere mensen bedenken nu.
Maar het begrip 'knuffelen' is erg relatief. Voor sommige mensen is knuffelen een manier om elk levend wezen te groeten (Heee hallo! Ik heb je nog nooit gezien, maar ik geef je toch maar een knuffel), een manier om aandacht te vinden bij het andere geslacht (Ooohh *jongensnaam* ik ben zo moeeee, knuffie!) of een andere domme reden. Gelukkig zijn er ook de normale mensen die een knuffel gewoon gebruiken om te laten zien dat ze iemand aardig vinden, iemand te troosten of gewoon zomaar.
Nogmaals: waarom houden we hier zo van? Als je nadenkt zou iemand die een oplossing bedenkt voor het probleem waar je mee zit veel nuttiger zijn dan iemand die je een knuffel geeft als je erom zit te janken. Dat is natuurlijk wel handig, maar als ik een potje zit te grienen ga ik echt niet langs mensen om te vragen: 'zo, en wat zou jij hier tegen doen?'
Ik weet echt niet waar het mee te maken heeft. Misschien omdat je je soms zo slecht voelt dat het lijkt alsof je uit elkaar gaat vallen, iemand je bij elkaar houdt? Erg metaforisch, maar het zou best kunnen. Misschien is het gewoon psychisch, ik bedoel: kan jij je voorstellen dat je met iemand een potje zit te zoenen zonder diegene op een één of andere manier te knuffelen? Lijkt me erg raar, haha.
Nou ja, ik heb wel genoeg onzin uitgekraamd over dit onderwerp. Ik heb de irritante gewoonte om overal over na te denken, maar hier geef ik het op. Ik wéét gewoon niet waarom je een hele middag knuffelend met iemand op de bank kan liggen zonder je te vervelen! Misschien komt het omdat op de achtergrond Pascal Jacobs ons toezingt: Omarm me, omarm me, en breng me nergens heen. Zo'n bevel kan je niet negeren.

vrijdag 11 maart 2011

I come alive in the night time



Ik schaam me diep. En terecht.
Toen ik bedacht dat ik iets over de nacht moest schrijven, kwam de titel van deze post als eerste in me op. Hopelijk herken je het niet, aangezien het een zinnetje is van een vreselijk duet van Drake en Rihanna die ik liever niet bij naam noem.. Een schrale troost is gelukkig dat ze de tekst niet zelf hebben geschreven.
De tweede zin die in me opkwam was 'There's something 'bout the night, in the way it hides all the things I like'. That's right folks! Een zinnetje uit een liedje van PIXIE LOTT.
Maar als ik over die eerste schaamte heen ben gekomen, kan ik wel concluderen dat die zinnetjes allebei waar zijn. Ik hou van de nacht. I love it. Als ik een dier was geweest was ik vast een uil geweest, want ik ben nog slim ook en kan mijn hoofd 360 graden ronddraaien.
Okee, nu weer serieus. Ik ben niet de enige die deze visie heeft, ik noem maar willekeurig wat songteksten van mensen die ook niet vies zijn van het tijdperk from dusk to dawn.

They say it changes when the sun goes down
/ Arctic Monkeys

It was just another night, with a sunset and a moonrise not so far behind, to give us just enough light to lay down underneath the stars, we listened to Papa's translations of the stories across the sky, we drew our own constellations / Jack Johnson


Day turns to night, night turns into whatever we want / OneRepublic


Take me out tonight, cause I want to see people and I want to see lights / The Smiths

Doordat school zo stom is gepland dat je 's nachts moet slapen, is dat ook datgene wat ik moet doen. Maar als mijn energielevel wat beter zou zijn, als school aangepast zou zijn aan mijn gewenste ritme (of als ik een vampier was) zou ik elke nacht opblijven. Heerlijk is het! Alles is stil, je kan sterren zien etc, het koelt lekker af, ik weet niet, ik vind het heerlijk.

Het enige nadeel aan de nacht is dat alle pedofiele homoverkrachters met een geestelijke afwijking dit ook een leuk gedeelte van het etmaal lijken te vinden. Aangezien ik als 16-jarig meisje niet de fysieke vaardigheden heb om me te redden als ik zou worden lastiggevallen door zo'n clown, ga ik niet naar buiten als het nacht is. Niet alleen tenminste.
Dat vind ik nou zo zonde! Afgelopen zomer ben ik vaak in het donker in het bos geweest (want hé, bossen zijn veel veiliger 's nachts joh!) en als ik alleen was had ik echt in mn broek gescheten van angst maar omdat ik dat niet was kon ik genieten van de sterren en de rust en het gezelschap etc. etc. Heerlijk, echt heerlijk. Als ik reïncarneer wil ik liever niet als uil, maar als kat terugkomen. Lekker 's nachts in een kattenclub á la Minoes rondlopen en geen viezerik die zich aan je probeert te vergrijpen (hoop ik dan).
Maar okee, het is niet goed om alleen maar 's nachts te leven. Ik heb een tijdje gedacht dat het goed was om de hele nacht op te blijven en pas te gaan slapen als het licht wordt, omdat je je dan zo relaxt voelt dat je de dag erna weer veel energie hebt. Dom as hell natuurlijk, vooral als je gewoon school hebt. Gelukkig ben ik uit die waan.
Maar heel soms dan blijf ik nog wel laat op. Heel braaf tot 1 uur of half 2, en meestal niet als ik school heb. Deze keer is een uitzondering, maar aangezien ik morgen maar 2 uur 'les' heb, geef ik mezelf een keer toestemming.
Maargoed, de nacht dus. Als ik mijn slaap niet nodig had zou ik de nacht omarmen, beminnen en allemaal gekke dingen doen als hij er is. Hij komt na een halve dag toch weer bij me terug.

donderdag 10 maart 2011

Waarover men niet spreken kan..

.. daarover moet men schrijven.




De laatste tijd ben ik erachter gekomen dat angst een veel voorkomend motief is voor bepaalde handelingen. Angst is niet slecht, sterker nog: het noodzakelijk om te overleven. Het is een natuurlijke waarschuwing van je lijf dat er iets niet helemaal klopt. Ik denk niet dat er mensen zijn zonder psychische stoornissen die niet bang zijn. Mensen die zeggen dat ze nooit bang zijn zeggen dat alleen maar uit angst dat iemand erachter komt dat ze toch niet zo stoer zijn als ze voorkomen. Believe me, I've been there.
Kleine meisjes van 12 hebben geen BlackBerry nodig, maar ze zijn bang voor een sociaal isolement als ze het apparaatje niet aanschaffen. Je vindt het helemaal niet zo erg als je vriend een leuk meisje helpt met haar wiskunde, het is best een aardig meisje, maar je bent bang dat tussen al het gedifferentieër door er toch iets ontstaat dat zorgt dat je alleen achterblijft. Tuurlijk heb je niks tegen liften, het is een uitkomst voor mensen die moeite hebben met traplopen! Het feit dat je in de paar seconden dat de deuren dicht zijn niet uit die 2 bij 3 meter kan, is benauwend. Zelfs het liedje dat ik nu luister (Hiding my heart away van Adele) is geschreven met angst als motief, aangezien mevrouw bang is dat haar hart wordt gebroken en het daarom maar wegstopt.
Dit lijkt op een bekritisering van angstige mensen, maar niets is minder waar. Ik ben zelf de grootste schijtluis die ik ken. Ik ben bang voor onweer, voor het donker, liften, parkeergarages, naalden en messen, hoogtes, vliegen (al is dat minder geworden het laatste jaar), zingen in de buurt van andere mensen, verdrinken, alleen zijn.. Ik zet hier niet eens alles neer omdat ik bang ben dat verkeerde mensen dit lezen (wat heel onwaarschijnlijk is) en daar misbruik van maken. Zie je? Ik ben echt een pussy van de eerste klas.
Maar de alles-overheersende angst is toch wel de angst van controleverlies. Dat zie ik nu ook wel terug in sommige dingen; in het donker kan je (bijna) niks zien en kan je dus je omgeving niet in de gaten houden. Liften en vliegtuigen zijn afgesloten vervoersmiddelen waar je vaak met andere, onbekende mensen zit. Ik ben niet persé bang voor onbekende mensen, maar als je ergens niet uit kan benauwt het idee me toch wel een beetje. Parkeergarages zijn klein en donker, double the fun! Als je ergens hoog zit kan je altijd naar beneden vallen (in mijn hoofd wel tenminste) en als ik dan niks vast kan houden, zoals bijvoorbeeld een gebouw ofzo, dan flip ik extraordinaire deluxe. Verdrinken en alleen zijn spreken voor zich. Alleen onweer en naalden en messen weet ik niet, misschien heb ik teveel thrillers gekeken?
Al met al ben ik dus echt een schijterd, maar deze post heb ik niet geschreven om (zelf)medelijden op te wekken. Het is goed om voor jezelf na te gaan waar je bang voor bent, en waarom dan.
De foto boven deze post vind ik een mooie foto omdat het laat zien hoe ik me vaak van binnen voel. Het is het perfecte voorbeeld van angst terwijl je haar gezicht niet eens ziet.
Dat is dus eigenlijk het probleem, dat ik me vaak zo van binnen voel. Ik ben soms echt contactgestoord en ik zou eens wat vaker moeten zeggen waar ik bang voor ben. Iedereen trouwens. Er zou zoveel meer begrip voor bepaalde dingen zijn!
Mijn goede voornemen (en tevens moralistische Hollywood-boodschap): meer praten over waar je bang voor bent en nagaan wat er achter zit en hoe je het kan verbeteren!
Dus sorry, Adele. I won't spend my whole life hiding my heart away.

woensdag 9 maart 2011

In therapie

Mijn eerste blogpost! Hoezee!
Nou, dat is niet helemaal waar. In de 2e en een stukje in de 3e had ik een blog op Hyves waarin ik mezelf ongelofelijk grappig vond en dacht dat ik de wereld eigenhandig kon veranderen. Erg schattig om terug te lezen, maar vooral omdat ik nu weet dat mijn grappen niet grappig waren en mijn pogingen om de wereld te veranderen erg naïef. Maar op één of andere manier maakte dat niet veel uit, want ik had er plezier in, kreeg leuke reacties en ik was altijd opgelucht als ik wat had geschreven, alsof er een ballon met woorden in mijn maag zat en ik door dingen op te schrijven het gevoel kreeg dat er spanning uit verdween. Mensen, wat een metaforen!
De blog op Hyves bloedde dood, net als Hyves zelf, en schrijven lukte niet meer. De ballon bleef en ik zocht verwoede pogingen (nog steeds trouwens) om die spanning ergens kwijt te kunnen. Soms met succes, soms niet, soms goed en soms slecht, maar ik heb de laatste tijd steeds meer de behoefte om iets op te schrijven. Twitter biedt soms uitkomst als mijn gedachten minder dan 140 tekens in beslag nemen, maar vaak is dat niet het geval. Ik ga maar door en door en geen sociale media die die gedachtenstroom aankan.
Ik hoop dat dit een beetje helpt tegen mijn constante hersenactiviteit, aangezien ik dingen helderder kan zien als ik ze voor mijn neus heb en kan overlezen. Ik heb geen idee wat ik op ga schrijven, of ik ermee doorga of of het enigzins helpt, maar dat zie ik nog wel. Dit is mijn eigen therapie.